Gastblog Janneke

Deze week weer eens een gastblog. Na die van Annelies (in het bos), Lilianne (in Denemarken) en Jim (op een balkon) dit keer een blog van Janneke. Ik heb ongelooflijk veel respect voor de manier waarop ze, ondanks een enorm grote tegenslag in het leven, toch zo overduidelijk van het leven, de mensen om haar heen en de tuin geniet. Nog afgezien van het feit dat ze ook gewoon een heel leuke, lekkere en mooie moestuin heeft. Dankjewel voor je inspirerende verhaal Janneke!!
Mocht je ook eens een gastblog willen schrijven, bijvoorbeeld omdat je aan zee tuiniert, in het buitenland, wel of geen vruchtwisseling hanteert, op droge zandgrond, met bijvoorbeeld een visuele beperking, in groepsverband, biodynamisch, met heel veel plukbloemen, of gewoon omdat je heel blij met je moestuin bent (en dat zijn we uiteindelijk toch allemaal!): onderaan dit blog van Janneke vind je nog even de regels.
MOESTUINIEREN MET UITDAGINGEN
Al jaren lees ik met plezier dit mooie blog van Diana. Daarnaast sta ik toch ook vrij regelmatig in de tuin iets op te zoeken in haar uitgebreide database van kweektips. Moesten de asperges nou wel of geen koemest? Kan ik nu al peterselie zaaien? Zeer handig, zo’n tuinencyclopedie in je zak. Ik vind het erg leuk om hier nu een gastblog te mogen schrijven!
Eerst even over mij, ik ben Janneke en ik tuinier al sinds 2011. Of eigenlijk al sinds kinds af aan, want mijn ouders hebben een grote moestuin, waar ik dan ook een eigen tuintje mocht. Al was dat vaak dan twee keer leuk, en de rest van het jaar keek je er als kind niet meer naar om. Ik ben opgegroeid in de polder op het veen, met weids uitzicht op de koeien. Toen ik ging studeren en op kamers ging, had ik niet verwacht het buiten zo te missen. Bij mijn eerste studiootje heb ik ook al vrij snel het gezamenlijke dakterras ontdaan van de lelijke plastic stoelen en volgezet met potten vol kruiden, aardbeien, frambozen en een vierkante meter bak. Op de fiets potgrond halen en twee trappen opsjouwen is altijd leuk.
Al snel daarna verhuisde ik naar een benedenwoning met tuintje. Op het noordwesten dan wel, en formaat postzegel, maar daar wordt je creatief van. Ik kweekte frambozen in de border, sla in oude dakgoten, tomaten en paprika’s in hangzakken en verder nog van alles in potten, van aardbeien tot erwtjes. Er stond ook een appelboom, helaas was die zo scheef gesnoeid dat hij toen hij een jaar veel appels droeg om is gevallen. Het plukte wel makkelijk appels, maar was toch zonde. Mijn partner kluste een klein kasje met verdiepingen in elkaar voor zaailingen en de pergola om mijn tomaten op te hangen. In de zomer was het zo slecht nog niet, een tuintje in de schaduw om in je hangmat te liggen terwijl je warme frambozen van de plant snoept.

Op een dag zag ik een advertentie voor een klein tuintje op een oud moestuin terrein en maakte ik promotie. De enige vensterbank op het zuiden stond binnen no-time propvol met zaailingen, tot grote frustratie van de kat. En daar ging ik op de fiets met pootuien en plantjes in de mand. De tuinburen werden al snel tuinvrienden en ik leerde veel van hen. Vooral over bloemen, want die kweekte ik nog niet zelf. Dahlia’s kende ik alleen maar van het kontjes knijpen bij het bloemencorso in het dorp van mijn oom en tante, maar ik leerde ze nu op een andere manier waarderen. Het jaar erop begonnen we met een klein groepje tuinvriendinnen op hetzelfde terrein een bloemenpluk en oogsttuin waar mensen tegen een kleine vergoeding een bos bloemen konden plukken of wat groenten konden oogsten. Het kleine eigen tuintje verdubbelde in oppervlak tot 50 m2 en dat werd wat harder werken, maar ook weer veel meer oogst.

Manden vol oogst en bloemen kwamen mee naar huis. Genieten! Elke maand weer andere lekkernijen om thuis te verwerken. Ik maak(te) er graag mooie stillevens van.




Drie jaar terug verhuisden wij, inmiddels ook een spruit in mensenvorm rijker, naar een woning bij mijn ouders op het erf. Weer lekker staren over de weilanden en over de moestuin die ik nu voor de deur had. Wat een luxe! Nooit meer gekneusde zaailingen omdat de potjes omvielen in mijn mand, nooit meer op de tuin staan zonder de wortelzaden die ik wilde zaaien, nooit meer aankomen om vervolgens alleen maar een uur vanuit de schuur naar een wolkbreuk te staan kijken en nooit meer na het wieden, zaaien, planten en oogsten ook nog met gieters moeten sjouwen, maar gewoon lekker in de avond luisteren naar het nostalgische geluid van de sectorsproeier gevoed door de pomp in de sloot. Snel voor het eten nog even wat worteltjes uit de tuin halen en in de zomer op je blote voeten voor het ontbijt wat aardbeien, warm van de zon, voor in de yoghurt plukken. Je kan zo veel makkelijker tussen de bedrijven door kort wat in de tuin doen . (Nadeel is wel dat het onkruid je ook beschuldigend toekijkt door je keuken- en eetkamerramen, maar dat neem ik voor lief.

Het moestuinwerk delen we met zijn allen, en dat is ook heel fijn. Want zo zit je uit het raam te staren en je af te vragen wanneer je tijd hebt om het onkruid te wieden, en de volgende dag is het ineens gewied! Het lijken wel kaboutertjes die ouders van mij. Manlief is goed in het bouwen van constructies als pergola’s en het plaatsen van regentonnen. De moestuin moest wel wat omgelegd worden omdat ons huis op een deel van de oude moestuin stond. Zo hebben we op de plek van de vijver, waar toch alleen nog maar rivierkreeften in woonden, een BessenBos aangelegd. Daar groeien bramen, frambozen en braambozen en verder nog rode, witte, zwarte en blauwe bessen, ananas-aardbei en asperges in twee kleuren.


Dit jaar wordt wel een heel ander tuinjaar voor mij. In november heb ik bij een val een ruggenwervel verbrijzeld, die vervolgens mijn ruggenmerg heeft beschadigd. Nu heb ik een gedeeltelijke dwarslaesie. De meeste mensen hebben wel eens van een dwarslaesie gehoord en zien direct een rolstoel voor zich. Een gedeeltelijke dwarslaesie houdt in dat sommige signalen nog wel doorkomen en sommige niet. In mijn geval doen mijn voetheffers van mijn linker voet het niet meer goed, waardoor ik sleep met mijn voet. Daarnaast heb ik veel minder kracht in mijn benen, waardoor bukken, hurken en opstapjes nemen heel zwaar is. Ook voel ik mijn voeten niet goed, waardoor ik soms niet weet waar ze uithangen en ergens tegen aan schop of achter blijf hangen.
Ik loop met een rollator (best confronterend als je nog niet eens 40 bent) of met krukken korte afstanden. Voor langere stukken heb ik de rolstoel nog nodig. Ik ben nog midden in mijn revalidatie en er is nog herstel mogelijk, maar het is onduidelijk hoeveel beperkingen ik over ga houden. Dat is aan de ene kant fijn, want er kan nog veel herstellen, en aan de andere kant heel onzeker, want ik weet niet hoeveel aanpassingen ik nodig ga hebben. Voor de tuin betekent het dat mijn ouders dit jaar meer moeten doen, wat ze met liefde doen, maar wat ik lastig vindt om aan te zien.
In mijn blog “De Zittende Zaaier” wil ik het komende jaar gaan schrijven over de tuin en het tuinieren met een beperking. Ik ga op zoek naar oplossingen en ga hard oefenen om bepaalde dingen beter te kunnen. Zo heb ik nu een aparte tuinrollator. Niet een met rupsbanden, maar een gewone rollator waarvan het niet erg is als ie vieze wielen krijgt, want hij blijft lekker buiten. In het mandje kan gereedschap of plantjes of een gieter, ook best handig.

Echt niet alles zal gaan over mijn beperkingen, ik zal zeker ook nog mopperen over gewone tuin-uitdagingen zoals: slakken, te veel regen, te weinig regen en katten die al mijn paprikaplanten uit de vensterbank gooien waardoor ik niet meer weet welk ras welke plant heeft. Tuinieren kent altijd al uitdagingen, mijn spaghetti-benen komen er nu toevallig bij. Ik zal vast niet de enige zijn die tuiniert met een beperking, waar lopen jullie tegenaan? Of hebben jullie nog geniale tips voor makkelijke tuinhulpjes? Ik hoor graag jullie ervaringen!
Mocht je het leuk vinden mijn tuinjaar te volgen, wees dan vooral welkom op mijn blog: De Zittende Zaaier

Tot slot nog even een woord van Diana . Mocht je ook eens een gastblog over je moestuin willen schrijven, dan kun je je verhaal mailen naar [email protected]. Foto’s wil ik graag in vol formaat (je kunt ze bijvoorbeeld sturen via wetransfer). Daarnaast zijn er nog wat ‘regels’:
Je mag uiteraard een link naar je eigen website of blogpagina plaatsen, graag zelfs. Met één kanttekening: het is niet de bedoeling dat iemand 1 alinea schrijft plus een link naar een bedrijf: het doel van het gastblog is echt om andere hobbytuinders de gelegenheid te geven iets te vertellen over, en te laten zien van hun tuin.
Het blog moet over je eigen tuin/moestuin gaan en/of over het verwerken van je eigen oogst (inmaken, fermenteren, maar misschien ook eens iets over bijvoorbeeld bloemen drogen, etc.). Een klein beetje zorg als het gaat om spelling en grammatica is gewenst, en als je daar niet goed in bent wil ik je van harte helpen als je dat aangeeft (ik ben er ook geen held in en ga zeker niks herschrijven maar ik kan mensen die om die reden twijfelen misschien over de streep trekken, bijvoorbeeld wel helpen met spelfouten, etc.). Je kunt maximaal 12 foto’s plaatsen, 1 daarvan moet horizontaal gemaakt zijn zodat ik die bovenaan het blog kan plakken.